Omzetbelasting en auto van de zaak
Voor ondernemers komt de auto van de zaak in de inkomstenbelasting, loonbelasting en omzetbelasting voorbij. De omzetbelasting op de aankoop, het onderhoud, etc. kan volledig worden teruggevraagd (mits ondernemer voor de omzetbelasting). De omzetbelasting die samenhangt met het privégebruik moet worden terugbetaald, deze wordt forfaitair bepaald.
Tip: BTW-aftrek is toegestaan als de factuur op naam van de onderneming staat, bij benzinebonnen is dit vaak niet zo. De BTW hierop is (strikt genomen) niet aftrekbaar. Als de afnemer door betaling traceerbaar is, is de BTW wel verrekenbaar. Een tankpas of betaling per creditcard of bank is dus voldoende.
Nieuws
De Hoge Raad heeft op 29 oktober 2010 een uitspraak (cassatie) gedaan in een zaak over het besluit uitsluiting aftrek voorbelasting (BUA). Op grond van een al lang lopende zaak heeft het Hof van Justitie in Brussel bepaald dat het BUA niet in strijd is met het Europese recht (met uitzondering van het jaar 2002). De vraag die nog niet is beantwoord, is of de aftrekbeperking voor auto's wel EU-proof is voor DGA's en ondernemers, het BUA gaat immers over werknemers. Er zijn vragen gesteld aan het Europese Hof. Tip: maak pro forma bezwaar tegen de suppletieaangifte waarin u de aftrekbeperking heeft verwerkt.
1. Werknemer, bijtelling en omzetbelasting
Als de werknemer een auto van de zaak heeft, dan mag de onderneming (mits gebruikt voor BTW-belaste prestaties) alle BTW verrekenen om kosten verbonden aan de auto. Aan het einde van het jaar moet een correctie worden toegepast op de vooraftrek. De correctie moet plaatsvinden op basis van het werkelijke privégebruik, in de praktijk wordt aangesloten bij de bijtelling. Kan aangetoond worden (via kilometeradministratie) dat de werknemer minder privégebruik maakt van de auto, dan mag hierbij worden aangesloten. Voor de omzetbelasting wordt woon- / werk verkeer als privé gezien.
De correctie tot 1 juli 2011
- Ambulante werknemer: 12% van 22% van de cataloguswaarde (werknemer max. 5 dagen per maand op werkplek).
- Geen privégebruik, met uitzondering van woon- / werkverkeer: 12% van 10% van de cataloguswaarde.
- Geen privégebruik: geen BTW-correctie.
- Overige situaties: 12% van 25% van de cataloguswaarde.
Als de werknemer een eigen bijdrage aan de werkgever voldoet voor het privégebruik, dan moet de werkgever hierover BTW afdragen (19 / 119 x eigen bijdrage). Deze afdracht vermindert de BTW-correctie.
De correctie vanaf 1 juli 2011
- Het onderscheid tussen privégebruik van een auto van de zaak door ondernemers en werknemers is verdwenen. Het privégebruik van een auto van de zaak wordt, als deze kostenloos ter beschikking wordt gesteld, als fictieve dienst belast naar het werkelijke privégebruik van de auto. Daarbij wordt woon- / werkverkeer conform de BTW-richtlijn gezien als privégebruik.
- De BTW-heffing is niet langer gekoppeld aan de hoogte van de bijtelling en onttrekking in de loon- en inkomstenbelasting.
- Een forfaitair percentage van de catalogusprijs (inclusief BTW en BPM) van de auto mag als BTW-correctie in aanmerking worden genomen. Dit forfaitaire percentage komt overeen met de verschuldigde BTW op het gemiddelde werkelijke privégebruik.
- Om te komen tot een reële BTW-heffing in geval de auto voor het privégebruik kosteloos of tegen een lage vergoeding ter beschikking wordt gesteld, is een antimisbruikmaatregel getroffen.
Voor een nadere toelichting lees dit artikel.
2. Ondernemer, bijtelling en omzetbelasting
Als de auto wordt gebruikt voor BTW-belaste prestaties, is alle BTW verrekenbaar. Als de auto ook voor vrijgestelde prestaties wordt gebruikt, moet de BTW worden gesplitst. Een ondernemer moet eerst een plakkertje op de auto plakken, zo wordt de auto gezien als privévermogen of als ondernemingsvermogen. De keuze voor de omzetbelasting kan anders zijn dan voor de inkomstenbelasting. De keuze voor privévermogen is fiscaal slim als u de auto zonder BTW koopt (zogenaamde marge-auto of auto die van een privépersoon is geweest).
De correctie tot 1 juli 2011
- Geen privégebruik: geen BTW-correctie.
- Overige situaties: 12% van 22% van de cataloguswaarde.
Voor een echte bestelauto hoeft geen BTW-correctie te worden toegepast.
De correctie vanaf 1 juli 2011 is gelijk als de correctie voor werknemers.
3. De DGA, bijtelling en omzetbelasting
U wordt als DGA gezien als u:
- meer dan 50% van de aandelen in een B.V. heeft; en
- werkzaamheden voor de B.V. verricht; en
- een beloning of vergoeding van de B.V. ontvangt.
Als een DGA hieraan niet voldoet, gelden de regels zoals hierboven genoemd onder werknemer (ad 1). Voldoet de DGA wel aan de voorwaarden, dan geldt hetgeen hiervoor onder ondernemer (ad 2) is gesteld.
De correctie vanaf 1 juli 2011 is gelijk als de correctie voor werknemers (zie boven).
Auto van de zaak en BTW vanaf 2012
Voor ondernemers komt de auto van de zaak in de inkomstenbelasting, loonbelasting en omzetbelasting voorbij. De omzetbelasting op de aankoop, het onderhoud, etc. kunnen volledig worden teruggevraagd (mits ondernemer voor de omzetbelasting). De omzetbelasting die samenhangt met het privégebruik moet worden terugbetaald, deze wordt forfaitair bepaald.
Tip: BTW-aftrek is toegestaan als de factuur op naam van de onderneming staat, bij benzinebonnen is dit vaak niet zo. De BTW hierop is (strikt genomen) niet aftrekbaar. Als de afnemer door betaling traceerbaar is, is de BTW wel verrekenbaar. Een tankpas of betaling per creditcard of bank is dus voldoende.
Nieuwe regeling oude auto's
De forfaitaire btw-bijtelling voor privégebruik van de auto van de zaak wordt verlaagd voor auto's die langer dan vijf jaar in gebruik zijn. Ondernemers hoeven hierdoor nog maar 1,5% van de cataloguswaarde bij te tellen voor de omzetbelasting. Dit percentage was 2,7% en is dus nu 1,5%, de maatregel werkt vanaf 1 juli 2011. Het voordeel is enkele honderden euro's, lees het besluit hier